20 maart 2016

19 maart 2016: Socratische onderneming


Vanmiddag een socratisch gesprek afgerond, bij de Volksuniversiteit hier in Amsterdam. Twee halve weekenden hebben we onderzoek gedaan naar de vraag ‘Waar liggen de grenzen van tolerantie?’, aan de hand van een mooi ervaringsvoorbeeld. Hierin werd de voorbeeldgeefster op haar werk geconfronteerd met grensoverschrijdend gedrag van een leidinggevende, in de zakelijke sfeer. Uitkomst van het gezamenlijke onderzoek: wanneer je wordt geregeerd door angst, zie je geen keuzemogelijkheden, en ben je niet in staat tot tolerantie; het leidt tot een vorm van acceptatie, zij het onder het protest van gevoelens teleurstelling en verontwaardiging die blijven doorzeuren.

Wat mij telkens weer opvalt, wanneer ik een socratisch gesprek begeleid, is de kracht van denkrasters waarmee we alledaagse situaties en gebeurtenissen waarnemen en beoordelen. Die denkrasters verhinderen om te zien wat er werkelijk gebeurt of is gebeurd. We passen de feiten aan aan hoe wij denken dat zij moeten zijn gebeurd, in plaats van andersom, - hetgeen niet vreemd is in de flow van het dagelijks leven, maar het kan er wel toe leiden dat wij ons een verkeerd beeld vormen, en een ander, en wellicht ook onszelf, niet of slechts gedeeltelijk begrijpen.

In het gesprek, bijvoorbeeld, bleek het voor sommige deelnemers moeilijk om zich voor te stellen hoe het is om te leven geregeerd door angst. Zij gingen ervan uit dat je als rationeel persoon altijd de ruimte hebt om keuzemogelijkheden te zien en ook altijd iets kunt doen aan een onaangename situatie. Maar wat als angst nu eens leidend is? Is het wel terecht om het verstand en zijn helderheid zo’n vaste en prominente plek te geven in ons mensbeeld? Kun je van iemand verwachten dat zij tolerant is wanneer angst en onmacht zorgen voor een blikvernauwing?



Wanneer op die manier onze denkgewoontes op scherp worden gezet, besef ik weer waarom de socratische methode mijn voorliefde geniet. Zij stelt in staat om ons conceptuele framewerk te onderwerpen aan de test van de ervaring. Een wijsgerige reality check. In een socratisch gesprek zijn ervaringsvoorbeelden niet illustraties bij wat we al vinden (zoals alledaags gebeurt), maar ze zijn de toetssteen voor de geldigheid van onze opvattingen. Deze worden onderzocht in het licht van ervaringen, en niet andersom.

Vooralsnog zie ik deze aanpak als de enige testmogelijkheid voor theorievorming in filosofie (opgevat als wijsbegeerte): de ervaringstest. In de studeerkamer kan van alles worden bedacht, al dan niet met behulp van boeken en andere theorieën, maar wat zegt dat over de geldigheid ervan? Worden we er wijzer van wat betreft onze situatie als mens, of is het denkproduct (essay, artikel, boek etc) de zoveelste getuigenis van het menselijk vermogen tot het creëren van bedenksels, om niet te zeggen: tot fabuleren en speculeren? Waarom zou veel filosofie niet gewoon filofictie zijn? Een veredeld meningencircus: denkbaar en als het even kan ook onderhoudend, ja, maar is het ook waar wat wordt beweerd?

Hoe een opvatting filosofisch te onderzoeken op geldigheid? Logica biedt weinig hoop. Ook onzin kan heel consistent zijn. Ontkomen we aan ervaring als toets? Ik zie niet hoe. Wellicht dat er ook nog andere methoden zijn, maar ik ken alleen de socratische, als methode waarin ervaring voluit serieus wordt genomen, als bron van wijsheid en als toetssteen voor onzin of irrelevantie.

De socratische aanpak heeft zich diep in mijn leef- en denkwijze ingegraven, zo merk ik. Ook deze filosofische herontdekkingsreis geeft er uitdrukking aan. Ik probeer zoveel mogelijk socratische elementen binnen mijn onderzoek te halen. Minstens door te denken en te schrijven op locatie (en niet tussen mijn boeken) en door gedachtevorming te koppelen aan gebeurtenissen en situaties. Ik zoek de gesitueerdheid, met aandacht voor wat zij bij mij teweeg brengt. En anders dan in wetenschap, gaat het me niet om onpersoonlijke objectiviteit, maar om beleving en subjectiviteit, onderzocht op algemeen menselijkheid, - iets wat eveneens in een socratisch gesprek alle ruimte krijgt. Behalve waarneembare gebeurtenissen zijn ook emoties en afwegingen feiten; zij ‘gebeuren’ in een wisselwerking met omstandigheden. Geen neutraliteit dus, of ‘view from nowhere’, evenmin als streven. Motto: filosoferen met je leven, - de enige zinvolle invulling van levenskunst die ik me kan voorstellen. Toegegeven: deze aanpak staat bij mij nog in de kinderschoenen. Er valt nog meer mee te doen!

En vraag: waartoe een socratische aanpak? Waartoe deze onderneming? Waar ben ik op uit?



Geen opmerkingen:

Een reactie posten